Uit onderzoek van Dr. Roseriet Beijers blijkt dat de terugkeer naar werk na bevalverlof veel moeders zwaar valt. Roseriet is Universitair Hoofddocent bij de Radboud Universiteit en Head of Quality bij Pro Parents.  Als ontwikkelingspsycholoog is zij expert op het gebied van de eerste 1000 dagen en werkend ouderschap. Zij doet onder meer onderzoek naar de ervaringen van ouders wanneer zij na hun bevalverlof terugkeren naar het werk.

Gemengde gevoelens
Beijers: ‘Via een open vraag heb ik bijna 400 moeders gevraagd hoe de terugkeer naar werk verliep nadat ze een kind hadden gekregen. 20 procent van de moeders was blij om weer aan het werk te gaan, maar 65 procent rapporteerde alleen negatieve ervaringen. Zo schrijven moeders: “Ik vond het verschrikkelijk zwaar. Ik was mentaal en lichamelijk totaal niet klaar”. En: “Ik vond het heel moeilijk te combineren in het begin”. De laatste 15 procent van de ondervraagden had gemengde gevoelens; zij waren bijvoorbeeld blij hun collega’s weer te zien, maar hadden moeite met het slaapgebrek. Kortom: vier op de vijf moeders vinden terugkeren op hun werk moeilijk.’

‘We vroegen moeders verder om op een schaal van 1 tot 10 aan te geven hoe zij de periode dat ze weer aan het werk gingen hebben beleefd. Gemiddeld gaven zij een onvoldoende aan deze periode, namelijk een 5.4, waarbij ongeveer de helft een 5 of lager rapporteerde. Moeders die een hoger cijfer gaven, hadden significant vaker meer kinderen, langer verlof en meer werkuren. Het hoogste cijfer kwam van moeders in de beroepssector management en advies, namelijk een 5,8, wat nog steeds maar een krappe voldoende is. De verschillen tussen de cijfers waren klein, wat suggereert dat het probleem voor veel moeders speelt en niet teruggebracht kan worden naar een bepaalde sector of groep moeders’.

 

Behoefte aan steun
Ten slotte vroegen we de moeders wat ervoor had kunnen zorgen dat ze zich beter hadden gevoeld. Steevast kwamen de volgende drie hoofdfactoren naar voren:

  • Langer verlof, inclusief partnerverlof en mogelijkheid tot onbetaald verlof;
  • Opbouwen en aanpassen van werk na verlof, inclusief opbouwen van taken en uren, geen avonden of onregelmatige diensten, en flexibel kunnen werken;
  • Meer steun van werkgever en collega’s, inclusief thuiswerkmogelijkheden, overleggen van mogelijkheden en invulling van werk, meer begrip en acceptatie, minder werkdruk en zaken beter geregeld hebben tijdens verlof.

 

Handvatten en tips voor werkgevers

Werknemers hebben in deze fase hebben dus behoefte aan steun van de werkgever en organisatie. Maar hoe doe je dat? De wetenschappelijk literatuur geeft een eenduidig antwoord op deze vraag: een integrale aanpak om werk-privé balans te bevorderen onder werkende ouders met jonge kinderen is het meest effectief. In impact & innovatie termen: een interventiemix. Dit houdt in:

  • Individuele begeleiding, verlofregelingen voor ouders én werkomstandigheden aanpakken;
  • Analyseer probleem en behoefte: waar lopen jonge ouders tegen aan en wat hebben ze nodig;
  • Stel een plan van aanpak op;
  • Zorg voor coaching en begeleiding, om emotionele veerkracht en mentale weerbaarheid van jonge ouders te vergroten;
  • Zorg voor een gezinsvriendelijke bedrijfscultuur en veranker deze in strategie, beleid en leiderschap;
  • Kies voor een levensloop-perspectief: verschillende fasen in het leven brengen andere behoeften, andere beperkingen én andere mogelijkheden met zich mee;
  • Verdiep je in bestaande oplossingen en best practices.

Bronnen:

  • Beijers, R., Bode L., & Nout, S. (2022). Werk hervatten na zwangerschapsverlof valt zwaar. Vakblad Vroeg.
  • Knappe, J., van Kesteren, N., & Hooftman, W. (2020). Factsheet: Goed werkgeven aan ouders met jonge kinderen. Vier leerpunten.
  • Ten Brummelhuis, L. (2010). Werk-privébeleid op maat. De effectiviteit van verschillende typen van steun voor ouders, koppels en singles. Tijdschrift voor HRM.
  • Brough, P., & O’Driscoll, M.P. (2010). Organizational interventions for balancing work and home demands: An overview. Work & Stress.